Jongeren zijn onze toekomst... (Leen Dendievel)
... en we mogen er trots op zijn.
In de tiende aflevering van Student@Night voerde ik een heel openhartig gesprek met auteur en actrice Leen Dendievel. De dag waarop we de podcastaflevering opnamen was het prachtig weer, de zon kwam er voor het eerst sinds lange tijd weer door en het voelde alsof de lente niet kon wachten om haar intrede te maken. Toen ik wat jonger was, zou ik niet getwijfeld hebben: vrienden opbellen, die schone weide opzoeken en de muziek knoeihard zetten. We hadden ons geamuseerd, amai. Als ik spreek over die herinneringen dan is dat met heel veel melancholie vanbinnen. Het lijkt al een jaar allemaal zo anders te zijn, maar dat gevoel zal ik nooit vergeten en ik geloof ook niet dat dat gevoel passe composé is.
Zowel Leen als ikzelf waren die dag goedgezind. De vrolijke vogeltjes kwamen teruggevlogen uit hun wintervakantie en de grijsgrauwe wolken maakten plaats voor de helderblauwe hemel. Zij die al geluisterd hebben gaan dat zeker gemerkt hebben: de podcastaflevering is echt gevuld met inspirerende boodschappen. De eerste luidde klaar en duidelijk dat we blij mogen zijn met de lentezon en dit jaar nog meer dan alle jaren voorheen. U weet nog wel vorig jaar, lockdown en zo schoon weer. We hopen collectief op een herhaling van dat scenario. Dit jaar betekent het dat we weer mogen buitenkomen en opnieuw (meer) mensen kunnen zien. Het is alsof de lentezon ons de ruimte geeft om opnieuw naar elkaar te kunnen lachen na een donkere periode.
Dat het online leven geen leven is, daar zijn we het hopelijk allemaal mee eens. Prove me wrong, you know? Het feit is dat de online wereld ooit in het leven werd geroepen als troef voor de realiteit. Online tools als agenda’s, clouds en chatapps maken het mogelijk om dingen te regelen, bestanden met elkaar te delen en om orde op zaken te stellen; het is een mooi hulpmiddel waar we allemaal gretig gebruik van maken. De online wereld is daarom geen realiteit. Het is positief dat we met elkaar verbonden blijven in deze afstandelijke periode, maar dat is niet het nieuwe normaal. Dat we volgende week nog niet in elkaars nek staan hijgen met een pint in de hand op de weide van Pukkelpop is geen leuk idee, maar dat dat nooit zal terugkomen is een dikke, vette leugen.
Onlangs sprak ik (online) met een aantal vrienden van d’unief over complimenten. Het deed me even terugdenken aan wat ik tegen Leen vertelde in de podcastaflevering. Ik geef eigenlijk niet zo vaak complimentjes. Mijn vrienden weten dat allemaal en ik denk (lees: hoop) dat ze dat op een bepaalde manier weten te appreciëren. Als er dan al een keer iets over mijn tong rolt, is dat oprecht en gemeend. Ik heb daarom ook moeite met online allerlei dingen te verzinnen om vrienden mee te kunnen complimenteren. Net het feit dat ik vast niet de enige ben die er zo over denkt, bewijst dat de online wereld louter een hulpmiddel kan blijven. De mens is en blijft (een soms eenzaam) kuddebeest.
Wanneer Leen vertelt dat ze vindt dat jongeren nood hebben aan elkaar om steun te zoeken en om aan zelfreflectie te kunnen doen, volg ik haar daarin volledig. Jongeren hebben reëel sociaal contact het meest nodig om ankerpunten te zoeken bij elkaar. De hele ontwikkelingsperiode van kind tot jongvolwassene zit vol sleutelmomenten waarop een jongere zichzelf leert kennen. Het is op die sleutelmomenten dat een jongere ankerpunten vastlegt die mogelijks heel lang zullen blijven bestaan. Ankerpunten zijn mensen of belevenissen in de nabije omgeving waarop een veilige omgeving gecreëerd wordt en het onderwijs is daar een ontzettend belangrijke pijler in. Op school leert een kind diens eerste speelkameraardjes kennen, haalt die kwajongensstreken uit met diens beste vrienden en voelt die zich thuis in een vriendengroep. Het hoger onderwijs bouwt daar zonder minder of meer op verder. Het klopt dat jongeren in het hoger onderwijs al wat meer zelfstandig hebben leren zijn als het aankomt op studeren en de leerstof verwerken. Daar gaat het ook helemaal niet over. Ook het hoger onderwijs speelt een uitermate belangrijke rol in de ontwikkeling van een jongvolwassene. Het is de eerste stap in de grotemensenwereld en de volgende stap naar meer zelfstandigheid. Het is daar dat ogen nog verder worden geopend en dat jongeren met elkaar leren omgaan. Het is daar dat de maatschappij vorm krijgt.
Het is van cruciaal belang dat we dat met z’n allen mogen erkennen zonder onze aandacht te verliezen voor de brede samenleving. Als er iets is wat ik onthoud van de podcastaflevering met Leen Dendievel dan is het dat er een heleboel mensen trots zijn op ons, jongeren – over alle generaties heen. De kleine groep die menen dat het allemaal de schuld is van de jeugd van tegenwoordig, mogen we negeren zoals ook zij ons geluid negeren. Mag het een oproep wezen naar iedereen om het elkaar duidelijk te maken dat we trots zijn op elkaar. De lente komt eraan: bel uw vrienden op, zoek die schone weide op en zet de muziek knoeihard.